TAAL - Redekundig ontleden - Lijdend voorwerp
Het lijdend voorwerp kan je vinden door:
De volgende vraag te stellen: wie of wat + persoonsvorm of gezegde + onderwerp.
Voorbeeld 1
De fietsenmaker herstelt de kapotte fiets.
Stap 1. Vind de persoonsvorm door de zin vragend te maken.
Voorbeeld 2
De voorzitter heeft een mooie toespraak gehouden.
Stap 1. Vind de persoonsvorm door de zin vragend te maken.
De volgende vraag te stellen: wie of wat + persoonsvorm of gezegde + onderwerp.
Voorbeeld 1
De fietsenmaker herstelt de kapotte fiets.
Stap 1. Vind de persoonsvorm door de zin vragend te maken.
- Herstelt de fietsenmaker de kapotte fiets?
- Herstelt is de persoonsvorm.
- Er zijn geen andere werkwoorden dan herstelt.
- Herstelt is dus het gezegde.
- Wie of wat herstelt? De fietsenmaker.
- De fietsenmaker is het onderwerp.
- Wie of wat herstelt de fietsenmaker? De kapotte fiets.
- Het lijdend voorwerp is de kapotte fiets.
Voorbeeld 2
De voorzitter heeft een mooie toespraak gehouden.
Stap 1. Vind de persoonsvorm door de zin vragend te maken.
- Heeft de voorzitter een mooie toespraak gehouden?
- Heeft is de persoonsvorm.
- Heeft en gehouden zijn alle werkwoorden.
- Dus het werkwoordelijke gezegde is heeft gehouden.
- Wie of wat heeft gehouden?
- Het antwoord is de voorzitter.
- Wie of wat heeft de voorzitter gehouden?
- Het antwoord is een mooie toespraak